Ingeanneke

gloeilamp

Een elektrische stroom wordt verhit en doorgegeven aan de gloeidraad in de lamp. Die gloeidraad zit in een zuurstofarme glazen bol. Door de hitte ontstaat er elektriciteit en geeft de gloeilamp licht. Bij een gloeilamp wordt zoveel CO₂ gebruikt, dat een gloeilamp beter is voor het milieu dan een spaarlamp. Heinrich Göbel heeft de eerse gloeilamp gemaakt in 1854. Dankzij de gloeilamp zijn er nog andere uitvindingen gedaan, zoals kunstvezel. Kunstvezel kwam voort uit onderzoek van de kooldraadgloeilamp. Gloeilampenfabrieken ontdekten het principe van de elektronenbuis (vacuüm glazen buis). In 1879 heeft Thomas Alva Edison de gloeilamp heel erg verbeterd. Men vond de lamp in deze tijd opvallend helder. Het was een vervanger voor de gaslamp.